Het selecteren van objecten gebeurt dan in een nieuw dialoogvenster, waar u een bestandsspecificatie kunt opgeven en daarna "Selecteren" of "Deselecteren" kunt kiezen.

Hoe de inhoud van de invoervelden wordt ge‹nterpreteerd hangt af van de status van het "Vaste uitdrukking" aankruisvakje.

• Als het vakje niet is aangekruist, verwacht het invoerveld een bestandsspecificatie die gelijk is aan die op een &os2; opdrachtregel, d.w.z. u mag de '*' en '?' jokertekens gebruiken om verschillende bestanden te selecteren. Bijvoorbeeld, als u hier '*.txt' invoert, zullen alle bestanden die eindigen op .txt worden geselecteerd na het drukken op "Selecteer". Omgekeerd kunt u alleen maar bestanden deselecteren door een specificatie in te voeren en dan op "Deselecteer" te drukken.

• Daartegenover staat dat, indien "Vaste uitdrukking" wordt aangekruist, verwacht wordt dat het invoerveld een vaste uitdrukking bevat, die wordt beoordeeld als u "Selecteer" of "Deselecteer" indrukt. Dit kan nuttig zijn bij complexe gegevens. Merk echter op dat jokertekens zoals *.txt dan een fout aanduiding veroorzaken omdat zowel het '*' als de punt '.' afzonderlijk worden ge‹nterpreteerd. Het voorgaande voorbeeld zal als volgt als vaste uitdrukking moeten worden gespecificeerd .*\.txt.

Het "Alles selecteren" en "Alles deselecteren" selecteert of de-selecteert alle onderdelen in de map, ongeacht de huidige zoektekst.

Het dialoogvenster sluit alleen indien u "Sluiten" drukt of de "Esc" toets indrukt. Het sluit niet nadat u op ‚‚n van de andere heeft gedrukt. Dit geeft u de mogelijkheid om diverse groepen bestanden te selecteren.